In de winter van 1795 ondernamen twee Nederlanders een diplomatieke vriendschapsmissie naar de Chinese keizer Qianlong, onder wiens leiding China
was uitgegroeid tot een zeer welvarend land en een serieuze concurrent van het Westen. De kans op succes leek gering: twee jaar eerder was een soortgelijke Engelse missie pijnlijk mislukt en was de relatie met China ernstig bekoeld.
Na een barre tocht arriveerden Isaac Titsingh en Andreas van Braam Houckgeest precies op tijd voor de viering van het zestigjarige regeringsjubileum van Qianlong. Hun missie werd een diplomatieke triomf. Met hun kennis van China en hun respect voor de Chinese gewoonten wisten ze de keizer te charmeren. Qianlong overlaadde zijn gasten met gunsten en vertrouwelijke informatie.
Opgetogen keerden Titsingh en Van Braam terug van hun reis. Maar veel van hun voor Nederland en Europa belangrijke kennis over China ging verloren in het geweld dat daarna uitbrak. Nederland werd bezet door Napoleon. In China braken opstanden uit, en spoedig daarna volgden de Chinees-Engelse Opiumoorlogen.
Aan de hand van grondig onderzoek en met een levendige pen laat Tonio Andrade het China van de achttiende eeuw herleven en reconstrueert hij een grotendeels vergeten episode in onze betrekkingen met China – met een glansrol voor Isaac Titsingh en Andreas van Braam.