Een filosofisch en vrolijk boek over onderweg zijn en anders thuiskomen
Op een dag zit er een diep gat in de weg naar school. Deef moet een omweg nemen. Maar welke omweg is de goede? Deef kiest een kant en komt op nieuwe plekken met nieuwe mensen. Zoals een vrouw met rimpeltjes die veel te blij is met het bezoek van Deef en een dunne man die vindt dat Deef niet naar school hoeft. Of het zieke meisje Bieke dat stoeltjes maakt van papier.
Deef vraagt aan iedereen de weg, maar die moet hij zelf vinden. Zijn gedachten verkennen al wandelend het hele fantasierijke universum dat we kennen van Joke van Leeuwen, met vragen over slakkenvorkjes, vingerhoeden en slimme mieren. Terwijl de school allang begonnen is…
‘Joke van Leeuwen vat meesterlijk de dubbele gevoelens van een kind dat worstelt met zijn gevoelens.’**** De Standaard over Toen ik