‘Behalve het eerste verhaal zijn alle andere verhalen speciaal voor deze bundel geschreven wat een verband, een doorlopend thema, waarschijnlijker maakt dan het verzamelen van reeds bestaande verhalen. Zo viel mij een zin op in het laatste verhaal “Artorius” die behalve de titel ook een inzicht in de samenhang verschafte. In dat verhaal zit de tovenaar Merlijn bij de zwangere koningin Igraine die Arthur zal gaan baren en onderhoudt haar met allerlei vertellingen. Onder andere over Judas Iskariot die zijn moeder doodde toen ze hem met zijn vader bedroog, daarna Christus aan Caesar verkocht en zich verhing. Een familiedrama. Bijbel en mythe kleuren deze verhalen sterk maar het is goed de symboliek niet uit het oog te verliezen.
Eerder dan in incest verstrikte gestalten zijn de dreigende vader en de moedergeliefde gebieden van de geest, als het ware de grote tegenstellingen tussen licht en duisternis, bewust en onbewust, gevoel en verstand, aanschouwing en begrip, et cetera. Voor de dagelijkse handel en wandel is het natuurlijk goed als er tussen deze gebieden een levendig verkeer is, over en weer, maar voor de creativiteit is de onverzoenlijkheid vruchtbaarder; ieder bemiddelen of het optreden van middelaren schadelijk zo niet dodelijk voor de verhalenstroom. Binnen deze onverzoenlijkheid zijn deze verhalen gelokaliseerd en konden eenzijdigheid, eigenzinnigheid en een onwil tot relativeren op een ook voor de schrijver vaak verrassende wijze vertellend worden.’ Willem Brakman