Een visionaire, dronken rector, een Frans orerende docent naar wie niemand luistert, een onbetrouwbare vertrouwensconrector, leerlingen als kindsoldaten en in schril contrast daarmee de prachtige Helena Schipper, een meisje dat in een andere wereld lijkt te verkeren. Deze personages bevolken de middelbare school waarop de achtentwintigjarige Jacob Mulle na een verzande studie celbiologie als leraar terechtkomt.
Alles woekert en broeit en iedereen bevecht elkaar, leerlingen en docenten, volgens de wet van de biologie: eten of gegeten worden, gebruiken of gebruikt worden, met daarbovenuit de schone droom van heldhaftigheid, wie heeft hem niet? De held Jacob Mulle in ieder geval, en hij gaat hem waarmaken ook!